Ni Hao Woutje in China

Featuring Lake McKenzie, the SS Maheno shipwreck and… jumping fish

Featuring Lake McKenzie, the SS Maheno shipwreck and… jumping fish

Na de Gold Coast pakte ik een keer niet het vliegtuig naar mijn volgende bestemming (Hervey Bay), maar de bekende Greyhound bus. Het is namelijk niet zo ver vanaf de Gold Goast naar Hervey Bay dus was de Greyhound bus een stuk makkelijker (let er wel op dat het voor Australië niet ver was. Als ik dit in Europa zou rijden dan was ik zo vanaf Eindhoven in Zuid-Frankrijk uitgekomen). Waarom ik naar Hervey Bay wilde gaan? Niet omdat het plaatste zelf zo bijzonder is (het is heel erg klein), maar omdat ik vanaf daar makkelijk een tour naar Fraser Island kon boeken en dat is wel zeker een eiland dat je gezien moet hebben als je in Australië bent. Het is namelijk een eiland dat geheel bestaat uit strandzand (geen normaal zand dus), maar waar je wel gewoon regenwouden kan vinden. Hoe vreemd is het dat er een heel regenwoud groeit op een grote zandduin. Nou wist ik dat nog allemaal niet toen ik besloot om naar Hervey Bay te gaan dus ik kan niet zeggen dat dat de echte rede was waarom in naar Fraser Island wilde gaan. De rede waarom ik echt besloot om daar naartoe te gaan (naast het feit dat het aangeraden werd door mijn Lonely Island reisgids),was dat mijn ouders daar ook zijn geweest en ik van mama had gehoord dat ze daar een meer hebben waar geen enkel leven in mogelijk was. Je kan zo veel water drinken als je wilt, maar het zal niks doen om je dorst te lessen. Een dood meer? Dat moest ik natuurlijk zien. Op naar Hervey Bay dus.

Tot op de dag van vandaag begrijp ik nog steeds niet hoe ik de naam van dat plaatsje moet uitspreken. Het heet toch echt Hervey Bay, maar waarom iedereen dan de hele tijd Harvey Bay? Geen idee. Uiteindelijk heb ik me er ondanks mijn koppigheid maar bij neergelegd en ben ik ook maar “Harvey Bay” gaan zeggen.

Dit was de eerste keer dat ik met Greyhound zou reizen dus ik was best wel benieuwd hoe het zou zijn aangezien de meeste mensen juist altijd met Greyhound reizen (in plaats van met het vliegtuig zoals ik met al mijn luxe heb gedaan). Ik ben altijd wel iemand die het geen probleem vind om voor een lange tijd in de bus te moeten zitten (ik heb per slot van rekening een keer 24 uur in de bus naar Rome gezeten. Geen probleem!), maar zelfs voor mensen die niet zo van busreizen houden is de Greyhound bus nog te doen. Ik had geluk dat mijn hostel in de Gold Coast heel erg dicht bij het centrale busstation van de Greyhound lag dus ik hoefde verder niet al te moeilijk te doen. Vanaf de Gold Coast zou ik eerst in een klein busje naar Brisbane worden gebracht waar ik dan een uur moest wachten op de bus die me naar Hervey Bay zou brengen. Met het kleine busje was al niks mis, maar de grote bus is nog comfortabeler dan een vliegtuig. In mijn geval zaten er niet zo veel mensen in de bus dus ik hoefde niet naast iemand te zitten wat sowieso al fijn was, maar zelfs al had ik naast iemand moeten zitten dan was het nog steeds beter reizen dan in een vliegtuig. Waarom zou je je afvragen? Ten eerste heb je een stuk meer beenruimte dan in het vliegtuig wat voor mensen die niet zo goed stil kunnen zitten als ik heerlijk moet zijn. Je hebt gewoon een wc achterin de bus en er is ook een machine waar je water kan halen. Daarnaast kunnen je stoelen heerlijk ver naar achteren en heb je voor elke stoel een stopcontact voor een usb draad. Het beste heb ik natuurlijk voor het laatste bewaard en dat is dat je in de hele bus gratis wifi hebt. Ik begrijp niet waarom je in zo veel hostels problemen moet hebben met je wifi terwijl het verder geen probleem is om wifi in een bus te hebben.

Al met al heb ik heerlijk van mijn bustripje genoten en voordat ik het wist was ik alweer in Hervey Bay aangekomen waar een shuttlebusje me naar het hostel zou brengen. Het eerste wat ik dacht toen ik met dat busje door het dorp reed? Oh mijn God waar ben ik nu weer uitgekomen. Niet dat het een verschrikkelijk dorp is (het deed me een beetje denken aan een Amerikaans dorp die je in films ziet), maar dit was de eerste keer in zes maanden dat ik niet in een grote stad was. Ga maar na. Eerst was ik in Beijing, daarna Sydney, Melbourne en de Gold Coast. Allemaal echte steden met een hoop mensen en hoge gebouwen. Dit was vergeleken met die steden een boerengat wat me een licht gevoel van paniek bezorgde. Grote steden geven mij een soort gevoel van zekerheid. Zo kan je bijvoorbeeld altijd met het grootste gemak een taxi vinden als je een keer verdwaalt, maar dat was natuurlijk niet iets wat ik in Hervey Bay kon doen. Nou is het haast onmogelijk om in zo’n klein dorp te verdwalen en ik had nog altijd mijn mobiel met mijn geliefde Googlemaps, maar het was nog steeds vreemd om niet omgeven te zijn door duizenden mensen en hoge gebouwen.

Nadat ik over mijn eerste shock heen was, heb ik verder wel van Hervey Bay kunnen genieten en ik heb er dan ook wel een aantal dagen gezeten ondanks het feit dat ik maar een echte dag nodig had om naar Fraser Island te gaan.

Het hostel leek een beetje op een klein bungalow park met een hoop plekken waar je buiten kon zitten of hangen (in een hangmat natuurlijk). De wifi werkte een stuk beter dan in mijn vorige hostel, maar deze keer had ik geen onbeperkte wifi, maar kreeg ik een wachtwoord dat goed was voor maar 500 MB. Nou zegt dit me eerlijk gezegd heel weinig, maar ik begreep wel dat ik met deze hoeveelheid MB niet zomaar een hoop filmpjes op youtube kon gaan bekijken. Nou heb ik met al mijn charme er nog een hoop extra MB bij weten te krijgen (ik wilde skypen met Aleid dus ik had wel extra nodig). De eerste avond sliep ik alleen op de kamer met twee andere jongens wat in het begin best wel vreemd was. Vaak zit ik juist op een kamer met alleen maar meisjes, maar dit is natuurlijk wat je krijgt als je de allergoedkoopste kamer neemt. Niet dat ik er verder last van heb aangezien ik onderhand in staat ben om overal in slaap te vallen (een zeer handige eigenschap).

Naast de toer naar Fraser Island waar ik later nog wel op terug zal komen, heb ik niet zo veel uitgevreten in Hervey Bay. Ik heb wat rondgelopen, ben aangevallen door legers aan muggen die volgens mij op mijn dood uit waren, heb gezwommen in de zee de springende vissen gezien waar ik het in een eerder stuk over had. Een van de redenen waarom ik het daar zo lekker vond en waarom ik er dus zo lang heb blijven treuzelen was de zee die daar zo lekker was. Doordat Hervey Bay in de schaduw ligt van Fraser Island lijkt de zee eerder op een belachelijk groot meer, maar dan lekkerder omdat ik er niet van hou om in meren te zwemmen. Het is en blijft ondanks het gebrek aan golven natuurlijk een zee dus er zijn niet zo veel planten en het werd niet zo snel diep waardoor het water een heerlijke temperatuur had. Het enige moeilijke was natuurlijk dat ik alleen was en dat ik een beetje paranoïde ben als het aankomt op mijn spullen alleen op het strand achterlaten dus ik durfde het niet aan om waardevolle spullen mee te nemen. Normaal zou dat niet zo’n groot probleem zijn, omdat ik een boek heb om mezelf uren mee te vermaken, maar nu zijn zelfs mijn boeken waardevol, omdat ik een ereader heb. Ondanks dat ik heel erg ontspannen kan ogen, omdat ik er geen probleem mee heb om een hele dag alleen maar te zitten, betekend dat niet dat ik heel erg goed ben in niks doen. Lichamelijk kan ik heel lang weinig doen, maar mentaal moet ik continue bezig zijn. Als ik dus alleen maar op het strand in de zon moet liggen, begin ik me na een half uur al te vervelen en heb ik het gevoel dat ik er op zijn minst al twee uur moet liggen. Gelukkig voor mij was het strand heel erg dicht bij mijn hostel dus was het geen probleem om soms even snel naar het strand te gaan om wat te zwemmen om daarna weer terug te gaan. Zo heb ik dus toch lekker van het strand en de zee kunnen genieten totdat er vissen uit de zee begonnen te springen op mijn laatste dag en ik het verder wel mooi vond.

Springend vissen waren niet de enige dieren die ik in Harvey Bay heb gezien. Doordat je op zo veel plekken buiten kon zitten in mijn hostel, stikte het er natuurlijk van de insecten en hagedissen. Zolang ze op een afstandje blijven vind ik het verder geen probleem (hagedissen die over mijn voeten lopen zoals ze een keer in Spanje deden is dus niet wenselijk), maar toch is het vreemd als je gewoon ontspannen buiten zit en je opeens een knalgroene hagedis midden op de muur ziet zitten. In de keuken hingen ook een hoop borden dat het belangrijk was dat je geen etensresten achter liet en dat je al je eten goed moest opbergen, omdat er anders een of ander knaagdier ’s nachts de keuken in zou sluipen. Niet dat ik in Hervey Bay zo veel bijzondere dingen heb gegeten. Ik zat voornamelijk aan het brood met pindakaas, de te lekkere Tim Tams en Engelse paasbroodjes (natuurlijk niet zo lekker als het Nederlandse paasbrood, maar het voldeed).

Op een avond heb ik nog gezellig met Aleid geskypt om haar te helpen met Max Havelaar waar ze over wilde praten op haar mondeling. Een lastig boek om uit te leggen over skype met een slechte verbinding, maar we hebben er uiteindelijk nog iets van weten te maken en hoe langer en langer ik over het boek praatte, hoe enthousiaster ik werd en hoe meer details er naar boven kwamen. Ik hou van boeken en dit was een van die zeldzame momenten waar ik zonder mensen te vervelen voor een lange tijd over een boek kon praten dus ik was weer helemaal gelukkig.

En dan zijn we nu eindelijk op het punt in het verhaal aangekomen om het over het mysterieuze Fraser Island te gaan hebben. De tour kon ik verder gemakkelijk in het hostel boeken dus daar hoefde ik gelukkig niet moeilijk voor te doen. De enige twee vragen die ik moest beantwoorden was wanneer en hoe lang. Ik had het de hele tijd leuk over een dagje Fraser Island gehad, maar blijkbaar ging het grootste gedeelte van de mensen niet een, maar wel twee of drie dagen. Dat klonk natuurlijk allemaal leuk en aardig, maar een dag tour kostte al een klein fortuin en ik wilde graag nog een tour in the Great Barrier Reef doen dus besloot ik mijn originele plan maar te volgen en gewoon een dag te gaan. De tour zelf was verder perfect geregeld. Ik werd in de ochtend (om kwart over 7 om precies te zijn) opgehaald bij mijn hostel en naar de haven gebracht waar we met de ferry naar de oversteek naar Fraser Island zouden maken. Aangekomen op Fraser Island moesten we onze bus vinden waarna we al snel op weg waren. Nou was dit geen normale stadsbus en dat was maar goed ook. De enige geasfalteerde weg die ik op het eiland heb gezien was binnen de hekken van het resort, maar daar buiten was het een grote achtbaan. Hobbelend en bobbelend wist onze jeepachtige bus zich een weg te banen over de “wegen” die compleet bestonden uit strandzand. Dit is eiland is zeker niet aan te raden voor mensen die snel wagenziek worden, omdat deze zandwegen de enige manier zijn om van A naar B te komen of je nou zelf rijdt of in een bus zit. Ik zag er de lol eigenlijk wel van in. Als eerste maakte we een stop midden in het regenwoud waar we een half uur tot een uur zouden gaan wandelen. We hebben een tijdje een zoetwater rivier gevolgd die zo schoon was dat je het water niet zag en als je het fotografeerde leek het net alsof je een foto van een zandpad had gemaakt. Het mooie aan Fraser Island is de hoeveelheid aan rivieren en meren die het meest schone en zuivere water hebben dat ik ooit heb gezien en dat allemaal door Fraser Islands natuurlijke zuiversysteem, namelijk al het strandzand. Wat wij in Nederland met ons drinkwater doen om het te zuiveren door het door de duinen te laten filteren doet dit eiland natuurlijk. Na de wandeling waar de gids ons op een paar bijzondere planten wees en we een paar hagedissen hadden gezien, gingen we weer op pad. De gids vertelde ons dat er een goede kans was dat we een paar dingo’s te zien zouden krijgen. Nou is dat helaas niet gebeurd, maar dat ze wel op het eiland leven was wel duidelijk door alle waarschuwingsborden die overal stonden (zelfs in de wc zodat je zelfs dan je “wat-te-doen-als-je-een-dingo-tegenkomt” kennis kon opfrissen). Laat je kinderen niet alleen, zorg dat je al je eten in een dingoveilige container hebt zitten, want het zijn slimme beesten die heel goed in staat zijn om normale containers open te maken. Omdat Fraser Island een beschermd park is zijn ze heel erg serieus met alle maatregelen en het is dan ook echt niet toegestaan om de dingo’s te voeren, etc.’

De tweede stop op de agenda was een oud schipwrak dat op het strand lag. We verlieten de bossen om uit te komen op het strand waar de bus lekker met 80 km/h overheen scheurde voor een half uur tot een uur. Het schipwrak was natuurlijk prachtig. De gids vertelde ons nog dat als je eroverheen vloog je enkele gaten in het wrak kon zien, omdat de Australiërs het wrak (volgens mij tijdens de Tweede Wereld oorlog) gebruikte als schietschijf voor hun bommen. Ja, je moet ergens op testen of je bommen zijn doel wel kunnen raken, maar zoiets hou je nu niet meer voor mogelijk. Als je wilt kon je vanaf hier in een klein vliegtuigje stappen om dat een vlucht over het eiland te maken, maar dat vond ik allemaal maar een beetje duur dus heb ik dat maar niet gedaan.

Na het schipwrak gingen we op weg naar “the Rainbow beach.” Als je mij verteld dat we naar een regenboog strand gaan dan verwacht ik een strand met wit, geel, roze en rood zand. Misschien geen blauw of groen zand, maar op zijn minst rood en roze. Toen we dus aankwamen op dit “Rainbow beach” was ik dus een beetje teleurgesteld toen ik zag dat het niks anders was dan een aantal muren van zand die bestonden uit verschillende geel en oranje tinten. Niks roze en rood!. Het was nog steeds mooi, maar ik vind dat ze er een andere naam maar voor moeten bedenken, want je zou toch op zijn minst een paar kleuren meer verwachten. Een paar foto’s hier en daarna waarna we een tijdje moesten wachten op alle mensen die wel hadden besloten om een vliegtour te maken. Toen de groep eenmaal weer compleet was, was het tijd om nog naar een andere plek te gaan voordat we zouden stoppen voor lunch. Eli creek was in een woord prachtig. We konden via steigers een tijdje de rivier tegen de stroming in volgen om er dan op een punt in te gaan. Met andere tours had je de mogelijkheid om op zwembanden de rivier af te dobberen, maar ik moest gewoon de rivier doorbaden. Het was zo mooi om door dit heldere water te lopen omgeven door bossen en als je even niemand meer zag was het zo vredig.

Na een drukke ochtend was het eindelijk tijd voor een heus lunchbuffet in een van de resorts. Ik had een vermoedde dat dit misschien wel een van de redenen kon zijn wat de tour zo duur maakte dus ik had hoge verwachtingen. Helaas was het een grote teleurstelling. Niet dat het eten niet lekker was, maar ze hadden gewoon niet de dingen die ik op een lunchbuffet wil (waarschijnlijk omdat die dingen niet “bijzonder” genoeg zijn). Waar was de pindakaas, de jam, de chocoladepasta? Dat ze geen hagelslag zouden hebben begreep ik nog wel, maar in mijn hoofd is lunch een hoop brood (wat ben ik toch lekker Nederlands). Dit was maar weer een goede herinnering dat ook al lijkt Australië meer op Nederland dan China, het heeft nog steeds andere eetgewoontes. Ze hadden natuurlijk wel kleine broodjes met het enige wat je daar op kon doen was ham of kaas… juist de twee dingen die ik niet lekker vind op mijn brood. Wat hadden ze dan wel? Pasta, rijst, vis, vlees, boerenomelet, noem maar op. Maar voor een boterham met pindakaas was het natuurlijk een te sjiek restaurant. Ik had gewoon een ontbijtbuffet daar moeten nemen, want ik probeer in deze vijf weken tegelijkertijd met zes maanden zonder brood in te halen en me voor te bereiden op de komende drie maanden weer zonder brood. Na deze teleurstelling vond ik dat ik wel een ijsje verdient had (die me gelukkig niet teleurstelde) en met een volle buik was het weer tijd om naar onze laatste bestemming van de dag te gaan. Ik was op dat moment nogmaals dankbaar dat ik niet snel wagenziek word, omdat ze de slechtste weg natuurlijk hadden bewaard voor na de lunch als iedereen al een beetje misselijk was van al het eten.

‘Allemaal naar rechts leunen.’ riep de gids/chauffeur ergens onderweg. Iedereen wist niet of hij nou een grapje maakte of het serieus bedoelde. Nou zat ik gelukkig aan het rechterraam dus ik kon gemakkelijk naar rechts leunen zonder dat het opviel, maar de rest van de bus wist niet zo goed wat die moest doen. De gids was dus wel dergelijk serieus, omdat we anders een bepaalde bocht niet konden nemen zonder om te kukelen. Gelukkig hebben we het overleefd ondank dat de helft van de bus gewoon recht bleef zitten.

Het mooiste hadden ze natuurlijk voor het laatst bewaard en dat was het bekende Lake McKenzie, een zoetwater meer met water dat net zo helder was als dat in de rivieren. De samenstelling van het water was ook bijzonder, omdat het een lagere pH heeft dan normaal water. Hierdoor is het water een stuk zoeter en is het heel erg goed voor je haar, huid etc. Neem eens in de zoveel tijd een duik in Lake McKenzie en je gaat er vanzelf jaren jonger uit zien. Of dat laatste waar is weet ik natuurlijk niet, maar het zorgde er inderdaad wel voor dat je huid heel erg zacht ging aanvoelen. We hebben daar een hele tijd gezeten en ik heb de helft van de tijd daarvan zwemmend in het meer doorgebracht genietend van het helderblauwe water en witte strand. Het leek net alsof er een foto gefotoshopt en al tot leven was gekomen. Het water was zo helder dat je gewoon met ogen open onderwater kon zwemmen zonder dat het aan je ogen prikte. Ik zou wel pagina’s kunnen schrijven over dit wonderbaarlijke meer, maar ik denk dat ik veel beter kan zeggen dat ik jullie allemaal aanraad om Lake McKenzie een keer te bezoeken.

Voordat ik het wist was de tour alweer tot zijn einde gekomen en waren we weer op weg naar de ferry die ons terug naar het vaste land zou brengen. Het was een wonderbaarlijke dag, maar het enige jammere is dat ik dat “dode” meer niet te zien heb gekregen (de rede waarom ik na Fraser Island was gekomen). Niet dat de dag er daardoor minder op was geworden, maar ik had het toch graag een keer gezien. Op een meerdaagse tour heb ik het ook niet op de agenda zien staan en toen ik het later aan mama vroeg zei ze dat ze het misschien alleen vanuit een vliegtuig hadden gezien (had ik toch die vliegtour moeten doen).

Helemaal gesloopt werd ik weer in mijn hostel afgezet waar ik nog snel de volgende Greyhound bus moest boeken, omdat ik er eindelijk een beetje uit was wat ik na Fraser Island wilde toen. Het liefst wilde ik naar Cairns gaan, maar de weersverwachtingen zagen er nog steeds niet zo goed uit. Mijn plan B was om naar dit kleine plaatsje Agnes Waters te gaan wat op het meest zuidelijke puntje van the Great Barrier Reef ligt. Ik hoopte dat ik vanuit daar nog in staat zou zijn om nog een tour naar het rif te doen.

Dus de volgende dag verliet ik na al die dagen Hervey Bay (wat ondanks dat het een dorp was heel erg goed was bevallen) en stapte ik op een volgende Greyhound bus naar Agnes Waters. Als ik dacht dan Hervey Bay al een boerengat was dan had ik duidelijk Agnes Waters nog niet gezien. Ik had geboekt voor drie nachten. Nacht een voor de dag waarop ik aan zou komen, nacht twee nadat ik een tour naar the Great Barrier Reef had kunnen boeken en nacht drie om na de tour nog een nachtje te slapen voordat ik door zou trekken.

Het was in het kort een grote verschikking (niet dat ik het hostel uit ben geweest, maar dan nog). Het hostel zelf was prima. Er was een hele bak vol brood dat je gratis mocht pakken en in de ochtend had je gratis ontbijt. Het enige waar ik een probleem mee had waren de medewerkers. Zoals ik in the Gold Coast al had ontdekt is het heel erg normaal dat backpackers in een hostel werken voor een tijdje en dat was hier dan ook het geval. Wat je daardoor wel kreeg was dat het allemaal niet zo serieus was en dat als je iets vroeg ze het zelf ook niet zo goed wisten (vooral achter de receptie). Dit was een probleem, omdat ik er op mijn eerste dag achter kwam dat het weer in Cairns helemaal niet zo slecht zou zijn. Het was niet moeilijk om een dag eerder te kunnen vertrekken (ik kreeg zelfs mijn geld terug), maar het was wel een probleem om uit dit boerengat te komen. Ik had twee opties en dat was een om op een Greyhound bus te stappen naar Cairns (wat wel 26 uur zou duren) of ergens een vliegveld zien te vinden om dan het vliegtuig te kunnen pakken. Beide opties waren niet gemakkelijk, omdat alle bussen vanuit Agnes Waters naar Cairns voor de volgende dag al volgeboekt waren dus zou ik eerst een stukje terug naar het zuiden moeten reizen naar Gundaberg om vanuit daaruit de bus te nemen. Optie twee vliegen was nog meer gepuzzel. Na een hoop gegoogle kwam ik er uiteindelijk achter dat een van de wat duurdere vliegtuigmaatschappijen een verbinding vanuit Gundaberg naar Cairns had. Ik zou dan wel eerst een heel stuk verder naar het zuiden vliegen (naar Brisbane) om van daaruit naar Cairns te vliegen. Qua kosten kwamen ze ongeveer op hetzelfde uit dus ik moest de keuze maken gebaseerd op welke het makkelijkste zou zijn. Theoretisch gezien zou de bus makkelijk zijn, omdat ik dan niet moeilijk een taxi zou hoeven regelen vanaf het busstation naar het vliegtuig en ik geen rekening hoefde te houden met het gewicht van mijn bagage. Vliegen was echter natuurlijk een stuk sneller. Nadat ik mijn noodlijn weer had gebruikt (aka papa) besloot ik toch om het vliegtuig te nemen hopende dat het makkelijk zou zijn om aan een taxi te komen in Gundaberg. Het was natuurlijk niet zo makkelijk als het in Beijing is om een taxi te krijgen (je steekt gewoon je hand op en iemand stopt wel), maar een mevrouw die op het busstation werkte, gaf me een nummer waarmee ik een taxi kon bestellen. Al met al gelukkig een stuk minder gedoe dan ik had verwacht en diezelfde avond stond ik om half 11 ’s avonds alweer op het vliegveld in Cairns. Eindelijk was ik dan toch in Cairns aangekomen.

Reacties

Reacties

Vicky en de mannen

Woutje! Wat een heerlijk verhaal! Fijn dat je zo kunt genieten van al het moois. Jij moet zéker afkicken als je weer in NL bent ;-)
Bij de buren zijn ze aan het aftellen, hoor! Geniet nog lekker van je laatste dagen down under en ik vind het heel leuk om je weer te zien! Enne... gefeliciteerd met je geslaagde zusje!!

mama

Wat een geweldig verhaal zeker omdat we het kunnen volgen door ons eigen avontuur in Australië.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!