Ni Hao Woutje in China

Wo ài Beijing

Wo ai Beijing

Na dagen te hebben rondgereisd waren we dan toch op onze eindbestemming aangekomen: Beijing. De hoofdstad van dit land met zijn biljoen inwoners en eeuwen ouden cultuur. Deze keer werden we op het treinstation opgewacht door Leo, onze nieuwe gids die tot onze verassing een “beetje” Nederlands kon. Hij zei tenminste dat het maar een beetje was, maar toen hij overschakelde naar het Nederlands kon ik het niet “een beetje” noemen. Even wennen om iemand anders Nederlands te horen praten dan papa en mama, maar voor ons was het natuurlijk super handig.

Eerste gedachte bij het zien van Beijing? Waar zijn in hemelsnaam alle wolkenkrabbers? Als ik me Beijing voorstelde dan zag ik net als in New York, Hong Kong en menig andere grote stad (echt groot en niet Nederland groot) straten voor me die ingesloten zijn door hoge flats. Niks van te bekennen in het deel waar wij zaten. Nou waren het nou ook weer geen rijtjeshuizen met een mooi tuintje, maar je kon je afvragen of de gebouwen wel flats te noemen waren.

Planning van de volgende dag: op een heus fietskarretje, een rickshaw, door de Hutongwijk gereden en daar bij een lokale familie gegeten. Het eten was heerlijk, maar aan de hoeveelheid moet je wel wennen. De lunch is hier namelijk de belangrijkste maaltijd van de dag en ze nemen dan ook de tijd om goed en, in ons opzicht, veel te kunnen eten. Nou vind ik het niet erg om met lunch meer te eten, maar het probleem was dat ik elke middag nog half vol zat van het te uitgebreide ontbijt. Ik kan mezelf namelijk niet beheersen wanneer er elke ochtend een ontbijtbuffet voor me klaarstaat met de meest lekkere dingen (ook heel veel westers). Dus na een te uitgebreid ontbijt en een te uitgebreide lunch (die was in Beijing bij de reis inbegrepen) was het avondeten zo goed als overbodig geworden. Ik geloof ook niet dat we normaal avondeten hebben gehad in Beijing, omdat een beetje soep vaak meer dan genoeg was.

Na de Hutong zijn we verder gegaan naar de Tempel van Hemelse Vrede een van de vele bekende bezienswaardigheden van Beijing. We waren heel blij met Leo onze gids die ons zeer veel kon vertellen over de geschiedenis en symbolische betekenissen. De tempel was heel mooi, maar wat misschien nog wel het leukste was om te zien, was het mega park dat er omheen lag. Hier zaten namelijk allemaal oudere mensen kaart te spelen of andere spellen. Waar in Nederland zie je nog zo veel mensen bij elkaar in een park om allemaal, wel in aparte groepjes, kaart te spelen. Meteen heb ik een nieuw doel voor mezelf opgesteld. Als ik straks iets beter Chinees kan, ga ik naar zo’n park om met die oude mensen kaart te spelen. Niet dat ik de spelregels weet, maar dat is een probleem voor later. Het was die dag zulk mooi en helder weer dat ik moeite had om te geloven dat ik in een van de meest vervuilde steden van de wereld was. Geen wolkje smog te bekennen.

De volgende dag vroeg op, omdat we een “uitstapje” gingen maken naar de Chinese muur en naar de Ming graven. Eerst nog twee uur in de auto, want je komt niet zomaar bij de Chinese muur uit. Nou hebben we ons die twee uur niet verveeld (niet dat ik dat snel doe), omdat Leo voor ons informatie had meegenomen over onze Chinese horoscoop. Ik ben helaas het varken…Niet dat er iets mis is met dit dier en de eigenschappen die een varken volgens de horoscoop heeft, zijn ook prima, maar toch klinkt het een beetje stom als je moet zeggen: ‘ Ik ben een varken.’ Veel beter als je een draak of tijger bent. Ook was Leo zo aardig om mij mijn Chinese naam te geven die hij de avond daarvoor had bedacht. Zeg hallo tegen Wu Jie (??). Het klinkt redelijk als mijn eigen naam. Wu is de tiende meest gebruikte achternaam in China en werd vroeger voor de keizer gebruikt. Als je het als Wo (?) uitspreekt kan het ik betekenen. Jie betekent goed/beste dus de hele naam kan staan voor “ik ben goed” of “ik ben de beste”. Verder heb ik geen idee wanneer je een Chinese naam hoort te gebruiken, maar het is toch leuk om er een te hebben.

Met een shuttelbus en kabelbaan moesten we het laatste stuk naar de muur afleggen en dan sta je er opeens op. Woorden schieten te kort als je dit wonder der mensen wilt beschrijven. Het is gewoonweg prachtig om te zien hoe de muur over de bergrug heen kronkelt als een hele grote slang die al eeuwen lang slaapt. 6000 km lang is een afstand die voor iemand uit Nederland nauwelijks te bevatten is. In mijn mening verdient de Chinese muur dubbel en dwars de titel van een van de zeven wereldwonderen. Waarom die niet op de originele lijst van zeven wereld wonderen staat is voor mij een raadsel.

Nadat we wat rondgelopen hadden op de muur was het tijd om op weg te gaan naar de Ming graven. Dit is een heel groot gebied waar de keizers van de Ming dynastie, waarvan de 3e keizer Beijing als de hoofdstad van China maakte, begraven liggen. Eerst nog even een stop voor lunch, weer zo veel, maar allemaal even lekker. De Ming graven waren net zo reusachtig als alle andere gebouwen hier zijn en het grootste gebouw, deze ligt op de noord-zuid as van Beijing, was van de inmiddels welbekende 3e Ming keizer. De echte graftombe van deze keizer konden we niet zien. De heuvel waar hij onder ligt is namelijk nog niet uitgegraven, omdat ze nog niet de technieken hebben om dat te kunnen doen zonder dingen te beschadigen.

Als laatste hebben we nog een deel van de heilige weg gelopen. De weg die de keizer ook moest lopen om van de verboden stad (ook wel keizerlijk paleis) naar de Ming graven te kunnen komen. Dit maakt allemaal deel uit van de noord-zuid as van Beijing die van de Ming graven, naar de verboden stad en allemaal andere tempels (onder andere de Tempel van de Hemel) loopt. Niet dat het deel waar we liepen nog in de stad lag, maar het ligt wel allemaal op dezelfde lijn.

Terug naar de Heilige Weg. Langs deze weg staan allemaal hele grote beelden van dieren en een paar van officieren en generaals. Ik neem aan de alle uitgekozen dieren die daar stonden een betekenis hebben, maar ik weet ze niet allemaal. Zo staat de kameel voor hard werken, de olifant voor geluk en de leeuw voor kracht.

Maar na al deze dingen stopte onze dag nog niet. Ik moest nog steeds een laptoptas hebben en we waren niet van plan ons te laten ontmoedigen door onze gefaalde poging in Xian. Dus aan Leo gevraagd waar een groot winkelcentrum is om het daar te proberen. We kwamen inderdaad uit bij een winkelcentrum, maar daar hield het niet op. Het was een hele grote winkelstraat met allerlei winkels en meerdere winkelcentra en een gevoel van verrukking vervulde me. Ook al was alles tien keer zo groot toch deed het me een beetje denken aan Eindhoven, omdat er voor het grootste gedeelte geen auto’s mochten rijden en je van alles bij elkaar had (meteen de boekenwinkel gevonden, ik blij!) Het was een gezoek, maar uiteindelijk vonden we dan eindelijk een tas die me beviel en ons niet meteen blut zou maken. Missie gelaagd! Maar het hoogte punt was misschien wel het chocolade ijsje dat we hebben gegeten. Het was een winkel die gespecialiseerd was in chocola en we hadden een ijsje waarvan zelfs het hoorntje een rand van chocola had! Het is dus wel begrijpelijk dat ik een tijdje in de zevende hemel was en het even ik en het ijsje was. Ja, ik dacht wel dat ik het in Beijing ging volhouden de komende maanden. Toen we door een staat liepen waar ze allemaal vreemd eten verkopen (denk aan schorpioenen die nog levend aan een stokje zetten en ander vreemd eten) maakte ik met mezelf de belofte dat ik hier ooit iets aan vreemd eten zou kopen en het zou eten.

Toen was opeens alweer onze laatste dag van excursies aangebroken en het beloofde een zware dag te worden. Op het programma stonden het plein van de hemelse vrede, de verboden stad en het zomerpaleis. Het klinkt misschien niet zo heftig, maar vergeet niet dat je in China bent en dat dat betekent dat dit geen gebouwen zijn, maar reusachtige complexen waar je niet zo een, twee, drie doorheen loopt. Eerst nog even door de scan en dan kom je uit op dit plein waar voor je idee het centrum van Eindhoven op zou passen. Wat we konden zien: een hoop soldaten (ook in vermomming ook al konden we die juist niet zien), een hoop brandblussers, wat propaganda voor de communistische partij, bloemen voor de nationale feestdag op 1 oktober en de nationale vlag van China die elke dag bij zonsopgang door soldaten vanuit de verboden stad opgehangen en streng bewaakt wordt. Ik had medelijden met de soldaten die daar zo stokstijf stil moesten staan terwijl iedereen ze openlijk aan het aanstaren is. Ik deed precies hetzelfde, maar ik ben per slot van rekening ook een toerist. Leo wist ons nog te vertellen dat de mensen in China niks kunnen vinden van de studentenopstand die daar heeft plaatsgevonden (hij was zo vriendelijk om voor ons de plaats aan te wijzen van waar het gebeurd was). Ik weet niet hoeveel mensen er wel iets van weten en hoe het kan dat hij het wel weet, maar dit was de eerste keer dat ik iets merkte van het censuur van de Chinese overheid.

Vanaf het plein kon je de verboden stad al zien dat aan de andere kant van de straat lag en daar hing dat de beruchte foto (eigenlijk een schilderij) van Mao, de eerste president van China. Gelukkig zijn we zijn mausoleum dat aan het plein grensde niet in gegaan. Nou weet ik niet of je zijn lichaam daar echt kan zien, maar ik hoef het ook niet te proberen. De Verboden “Stad” is zijn naam dubbel en dwars waard, want wat is dat gigantisch! Elke keer als je dacht dat je er doorheen was, kwam je op een ander plein uit waar weer een hoop gebouwen aan grensden. Zo groot, maar geen boom te bekennen. Dit komt omdat alle gebouwen daar van hout zijn gemaakt en ze bang waren voor brand door onweer. Hierdoor werd het in de zomer wel zo warm in het “paleis” dat de keizer met zijn hele familie naar het Zomerpaleis verhuisde. De hele Verboden Stad is onbewoond op de soldaten na die er wonen om het te bewaken. Gelukkig voor ons was het “niet druk” volgens onze gids ook al waren er in mijn mening mensen genoeg. Ik denk niet dat ik wil weten hoe het daar is als het echt druk is. Zoals het hoort hier was het grootste gedeelte van de toeristen Chinees en ik moest dan ook weer een paar keer op de foto. Een tip, ga alsjeblieft niet en ik herhaal niet naar de wc als je nog niet in het gedeelte bent waar je een ticket voor nodig hebt. Ik krijg nog steeds de kriebels als ik aan de wc denk en dat terwijl ik geen moment heb geklaagd over de wc in de nachttrein. Dus alsjeblieft, wacht totdat je officieel binnen bent en je naar de viersterren wc (ja die bestaan hier) kan gaan.

Nadat we een hoop hadden gelopen en ik op elke deur de gouden knoppen had aangeraakt (dit brengt volgens de film ‘de Karate Kid’ geluk dus je kan het altijd proberen) kwamen we eindelijk aan de andere kant van de stad uit. We waren allemaal al uitgeput, maar we moesten nog een hele tocht door het Zomerpaleis gaan maken dat nog groter is dan de Verboden Stad. Het Zomerpaleis was ook weer prachtig om te zien met veel bomen en natuur. Weer op de foto en gevaren over een meer dat met de hand was uitgegraven. Het was echt heel mooi, maar op sommige momenten was ik te moe om alles goed in me op te kunnen nemen dus misschien moet ik nog maar een keer terug gaan om alles rustig te kunnen bekijken.

Binnen de kortste keer was er alweer een dag om en moest ik afscheid nemen van Leo, omdat ik die niet meer zou zien. De volgende dag zou ik namelijk vertrekken naar het gastgezin en zou er een einde komen aan de hele rondreis ook al was mijn avontuur pas net begonnen. Terwijl ik ’s avonds in mijn (harde) bed lag probeerde ik me voor te stellen hoe het zou zijn als ik terug mee naar huis zou gaan. Ik stelde me mijn favoriete hoek in de bank voor en hoe ik daar relaxt zou zitten en kwam opeens tot de conclusie dat ik helemaal niet naar huis wilde gaan. Hoe lekker ik het ook vind om thuis te zijn en bij mijn ouders te zijn, het beeld klopte gewoon niet. Ik wilde Beijing helemaal niet verlaten en was bijna blij dat ik dat nog niet hoefde te doen. In de paar dagen die ik hier was geweest was ik me al zo op mijn gemak gaan voelen in de stad. Het voelde zo normaal om hier te zijn en ik was dan ook nog niet klaar om Beijing en China te verlaten. Natuurlijk is het moeilijk dat ik zo ver weg van iedereen ben, maar als ik zou kunnen kiezen zou ik liever iedereen hier heen halen dan terug te moeten naar Nederland en daar te moeten zitten ook al is het nog zo’n geweldig land. Ga ik het moeilijk krijgen? Ja, maar dat is een deel van de reis die ik moet maken en een van de lessen die ik moet leren en ik ben blij dat ik dat hier mag doen. Op een plek waar ik me zo op mijn gemak voel.

Reacties

Reacties

Oom Andries

Ha Woutje,
Je bent toch ook de beste. Worden de verhalen steeds langer? Het heeft mij verbaast over de lengte van dit verhaal, het heeft mij geboeid en heb het in zijn geheel gelezen, je hebt een boeiende vertel trant.
Op de foto van je heb je een schitterende paraplu.
Vraag wat voor spel wordt er gespeeld op de foto na de paraplu?
Groetjes oom Andries

Roel

Het spel op de foto is van een Chinees schaakspel

Marie-Louise

Hoi Woutje,
Wat een prachtig geschreven verhaal. Ik kan me zo weer de dagen voor de geest halen. En inderdaad wat waren die wc vies. Mooi om te lezen dat je het zo naar je zin hebt in jouw stad Beijing.
Liefs mama

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!